…
Deze herfst benaderde het weekblad Libelle me voor een ‘dubbelinterview’ met prinses Maxima. Dat doen ze soms, twee mensen met een tv-hoofd koppelen voor een gesprek. Vorig jaar zat ik naast premier Balkenende, tot ieders tevredenheid.
Maxima, zei ik, leuk. En toen kwam de ‘maar’. Van deRijksvoorlichtingsdienst (RVD) mocht het alleen gaan over microkredieten. Maxima’s uitspraken konden worden aangepast of geschrapt, eis nummer twee. Eis nummer drie: ook mijn woorden mocht de RVD aanpassen. Als ik schreef ‘ze kwam binnen in een groene jurk’, mocht de RVD daar ‘een blauwe rok’ van maken.
Okay, zei ik na wikken en wegen, als ik dit maar in het stuk kan opnemen; het zegt eigenlijk alles over het leven van een prinses als je weet dat zij weet dat alles wat ze zegt nog door een ambtenaar voor een PC kan worden aangepast of weggehaald. Zo zou journalistiek in elkaar moeten zitten, denk ik. De beperkingen niet ontkennen of wegmoffelen, maar ze centraal zitten, als hulpstuk voor begrip van de werkelijkheid.
En toen zei de RVD: njet. Zelfs de vermelding van censuur zou worden gecensureerd.
Daarop liet ik de klus schieten. Ik ga niet tekstchrijven voor de RVD en dit als journalistiek werk presenteren. Mijn dilemma nu is of ik deze volgens mij anti-democratische manipulaties naar buiten moet brengen? Want zo beschadig ik mogelijk mijn goede werkrelatie met de prima mensen van Libelle. En bij de almachtige RVD komt misschien zo’n zwart kruisje achter mijn naam.
Dus ik houd het maar voor me. Je kunt niet alle draken tegelijk bevechten.