Niet alleen Baudet kreeg een spiegel voorgehouden: in Nederland kun je beter gezellig doen dan principes hebben
Sander Schimmelpenninck
Buiten een kleine kring van journalisten en politieke junkies is er voor de gemiddelde burger weinig plezier te beleven aan de huidige campagne. Mark Rutte ligt een straatlengte voor en zijn kansrijkste uitdagers weten te weinig spektakel te brengen. Het voorspelbare getier van Wilders voelt bovendien ouderwets aan, alsof de tijd in zijn safe house stil is blijven staan. Het helpt ook niet dat vrijwel alle lijsttrekkers, die van extreemrechts uitgezonderd, eigenlijk buitengewoon aimabele mensen zijn, die het overduidelijk goed voor hebben met het land.
Rutte heeft er met zijn talent voor accommodatie voor gezorgd dat de drempel hoog ligt om hem frontaal aan te vallen. De man is zo’n vrolijk kwispelende labrador, dat het collega’s als Kaag en Hoekstra zichtbaar moeite kost om hem niet te aaien. Ook inhoudelijk is er geen vat te krijgen op de VVD. Hoewel die partij vrijwel als enige een verkiezingsprogramma heeft waar de ongelijkheid verder groeit, weet Rutte overtuigend de indruk te wekken genezen te zijn van zijn neoliberalisme, door zelfkritisch te biechten over de mislukking van het afschaffen van de dividendbelasting.
Dat leidde tot ongemak bij de kijker, maar toen moest Martijn Koning nog komen. De cabaretier hield bij Jinek FvD-leider Thierry Baudet, en eigenlijk het hele land, een ongenadige spiegel voor, door hem te confronteren met zijn eigen, verdorven logica. Het was tergend ongemakkelijk en niet grappig bovendien, maar daarmee wél een tamelijk briljante manier om het ware gezicht te tonen van een politicus die zijn eigen waanzin altijd weglacht. Wanneer een politicus de clown is, hoef je van de clown geen humor te verwachten.
Baudet en zijn sektarische achterban doen al jaren niets anders dan mensen aanspreken op hun afkomst, maar nu Baudet eens door zijn eigen biologische bril bekeken werd, was het niet leuk meer. De fatsoenspavlov zegt alles over Nederland. Baudet kreeg een koekje van eigen deeg, weliswaar erg zout, maar de manier waarop zelfs progressief Nederland zijn kant koos, verraadt de oppervlakkige volksaard. Écht pijnlijk mag het niet worden. Brutaliteit en platheid, op Geer-en-Goor-niveau, dat vinden we leuk, maar de waarheid? Daar houden we niet van. In dit land maken we het leven draaglijk, door het weg te lachen.
Koning hield niet alleen Baudet een spiegel voor: in Nederland kun je maar beter gezellig doen dan principes hebben.